Het belang van bindweefsel

Misschien denk je bij bindweefsel aan pezen en kraakbeen, maar bindweefsel kent een grote variatie. Eigenlijk is bindweefsels een betere omschrijving. De gemene deler is dat ze bestaan uit cellen, vezels en water. De verhoudingen daartussen en het soort vezels is alleen heel verschillend. Bloed valt bijvoorbeeld onder de bindweefsels en bestaat vooral uit water en weinig vezels, het is vloeibaar en zeer elastisch. De pees-aanhechtingen bij je gewrichten daarentegen hebben veel vezels en zijn weinig elastisch.

Baksteen en cement

Zoals de bakstenen in een muur zijn ingepakt in cement, zo zijn alle onderdelen van je lichaam ook ingepakt in bindweefsel. Dat zorgt voor stevigheid en bescherming. Anders dan een muur, hebben je gewrichten en organen echter bewegingsruimte nodig om goed te kunnen functioneren. Daarvoor moeten bindweefsels in een goede conditie zijn. Belangrijk is dat ze een elasticiteit hebben die optimaal is afgestemd op het lichaamsonderdeel dat ze omhullen. Bindweefsel fungeert daarbij ook als een soort wegennet voor bloedvaten en zenuwen die naar de organen leiden.

Niet te strak

Wordt een bindweefsel te strak, dan neemt die noodzakelijke bewegingsvrijheid af en dat kan klachten geven. Soms zijn die lokaal, op de plek waar het probleem zit. Maar je kunt ook klachten krijgen op een andere plek die met het bindweefsel in verbinding staat.

Ga je naar een osteopaat, dan onderzoekt die of de elasticiteit van het bindweefsel goed is. Is dat niet het geval dan zal hij of zij die met manuele technieken optimaliseren. Hierdoor herstelt ook de beweeglijkheid en nemen klachten vaak af.

Foto: Toa Heftiba/Unsplash